Hoe zit het nou met de PPWR en TD?

Frequently Asked Questions
over PPWR en TD.

 

Wanneer treedt de PPWR in werking en welke overgangsperioden zijn er?

De PPWR werd van kracht op 11 februari 2025
Veel van de verplichtingen treden gefaseerd in werking, met een overgangsperiode van 18 maanden vanaf de datum van inwerkingtreding. 

De ingangsdatum van veel verplichtingen is 12 augustus 2026 (na de overgangsperiode) en sommige vereisten worden later ingevoerd (tussen 2030 en 2040). 

Wat is de PPWR en waarom is hij nodig?

De PPWR is een Europese verordening die de huidige Richtlijn 94/62/EG (de “Packaging Directive”) vervangt en direct van toepassing is in alle lidstaten. (European Chemicals Agency)
Het doel is de milieu-impact van verpakkingen te beperken, verpakkingsafval terug te dringen, de kringloop (recycling, hergebruik) te bevorderen en harmonisatie in de EU te versterken.
(Environment)

Wat zijn de belangrijkste nieuwe verplichtingen onder PPWR (ontwerp, recyclabiliteit, hergebruik, etc.)?

Enkele kernverplichtingen zijn:

  • Alle verpakkingen moeten recyclebaar zijn volgens ontwerpcriteria (Design for Recycling) vóór 2030, en geleidelijk voldoen aan hogere prestatieniveaus
  • Minimumgehalten aan gerecycled materiaal in kunststofverpakkingen (PCR: Post-Consumer Recycled content).
  • Beperking en regulering van schadelijke stoffen in verpakkingen (bijv. zware metalen) blijft bestaan.
  • Minimeren van overmaat aan verpakkingen (vermijden van onnodige verpakkingen). 
  • Verplichting tot herbruikbare of hervulbare verpakkingen voor bepaalde toepassingen (zoals maaltijdverpakkingen, drankverpakkingen). 
  • Transparantielabeling: verpakkingen moeten voorzien zijn van geharmoniseerde symbolen, materiaalindicaties en informatie over afvalstroom. 
  • Maximumpercentage “leeg volume” in verpakkingen — lege ruimte in dozen e.d. mag een bepaald percentage niet overschrijden. 
Wat zijn de recyclabiliteitsklassen, en hoe wordt recyclabiliteit beoordeeld?

De PPWR introduceert prestatieniveaus voor recyclabiliteit (vaak aangeduid als klassen A, B, C). Verpakkingen moeten aan specifieke criteria voldoen om tot een bepaalde klasse te behoren. 
Deze criteria omvatten technische aspecten zoals scheidbaarheid van onderdelen, compatibiliteit van materialen, verwijderbaarheid van etiketten, en de beschikbaarheid van infrastructuur om het materiaal te recyclen. 

Door de tijd heen worden de drempels voor hogere klassen strenger (dus “recyclen op grote schaal”).

Hoe zit het met verpakkingen voor contact met voedsel, bioplastics, composteerbare materialen?

Voor verpakkingen die in contact komen met voedsel gelden extra veiligheids- en compatibiliteitsvereisten, bijvoorbeeld dat hergebruik of recycling niet leiden tot migratie van schadelijke stoffen. 

Bioplastics en composteerbare materialen zijn toegestaan, maar onder strikte voorwaarden (bijv. certificering, het moet duidelijk zijn onder welke omstandigheden ze composteerbaar zijn). 

Bepaalde toepassingen (zoals zeer dunne plastic zakken, pods voor koffie, fruitstickers) zijn onderworpen aan specifieke composteerbaarheidsvereisten binnen bepaalde termijnen. 

 Welke sancties of handhavingsmechanismen zijn voorzien bij niet-naleving?

De PPWR laat ruimte voor lidstaten om controles en sancties vast te stellen (administratieve boetes, verplicht staken van plaatsing van niet-conforme verpakkingen) — de exacte handhavingsmechanismen worden nationaal bepaald. (

Niet-conforme verpakkingen kunnen uit de markt worden gehaald en er kunnen verplichtingen worden opgelegd om corrigerende maatregelen te treffen. 

Bedrijven moeten technische documentatie bijhouden (conformiteitsverklaringen, technische dossiers) om aan te tonen dat hun verpakkingen aan de eisen voldoen. 

Hoe verhoudt PPWR zich tot bestaande nationale regels / EPR-systemen?

De PPWR harmoniseert veel regels op EU-niveau, waardoor nationale variaties (die deels onder de oude richtlijn vielen) verminderd worden. 

EPR (Extended Producer Responsibility)-systemen blijven bestaan, maar de PPWR legt extra verplichtingen op (bijv. transparantie, databanken, registratie, rapportage). 

Bestaande EPR-registraties blijven in veel gevallen geldig, maar moeten mogelijk worden geüpgraded om te voldoen aan de nieuwe eisen. 

Wat zijn de uitdagingen of kritiekpunten/risico’s vanuit de industrie?

Kritiekpunten zijn onder meer de administratieve en kostenlast, vooral voor kleine en middelgrote ondernemingen (o.a. verplichting tot gemachtigden in elke lidstaat). 

De noodzaak om in elke lidstaat een gemachtigde te hebben kan complexe logistieke en juridische gevolgen hebben, zeker voor grensoverschrijdende e-commerce. 


Risico dat nationale implementaties toch weer aparte interpretaties geven, ondanks de harmonisatie-intentie. 


Sommige verpakkingsmaterialen of innovaties (zoals samengestelde of gecoate materialen) kunnen moeilijk voldoen aan de recyclabiliteitscriteria. 


Invoer en handel buiten de EU kunnen geconfronteerd worden met handelsbelemmeringen door de vereisten voor recycling/kwaliteit van gerecycled materiaal. 

Hoe kan een bedrijf zich voorbereiden op compliance met PPWR?

 

  • Voer een audit van bestaande verpakkingen: welke materialen, hoeveel lege ruimte, moeilijk te scheiden onderdelen, etc.
  • Begin vroeg met het ontwerp (Design for Recycling, modulariteit, verwijderbaarheid van componenten)
  • Zorg voor of werk samen met een ketenpartner die kan helpen met recyclage-infrastructuur
  • Verzamel, onderhoud en documenteer technische dossiers, conformiteitsverklaringen en bewijsstukken
  • Informeer jezelf over nationale interpretaties en handhavingsmechanismen in de markten waar je actief bent
  • Overweeg de installatie van gemachtigden of vertegenwoordigers in lidstaten indien nodig
  • Volg gefaseerde planning: implementeer eerst de verplichtingen die vroeg in werking treden, bereidt je voor op latere strengere eisen
Wat is “tariefdifferentiatie” bij Verpact?

Tariefdifferentiatie is een systeem waarbij producenten en importeurs van verpakkingen een lagere of hogere afvalbeheerbijdrage betalen afhankelijk van hoe recyclebaar hun verpakking is, en/of in welke mate zij gerecycled materiaal (recyclaat) gebruiken. Goed recyclebare verpakkingen kunnen een korting (korter tarief) krijgen, minder recycleerbare verpakkingen betalen meer. 

Dit “differentiëren” van tarieven moet producenten stimuleren om verpakkingen milieuvriendelijker te ontwerpen en meer recyclaat toe te passen. 

. Vanaf wanneer geldt de huidige tariefdifferentiatie, en welke versies zijn er?
  • De oorspronkelijke tariefdifferentiatie (“Plastic 1.0”) liep van 2019 tot en met 2023. 
  • Vanaf 1 januari 2024 is de vernieuwde regeling Tariefdifferentiatie Plastic 2.0 van kracht. 
  • Voor 2025 is er alweer een aangepaste versie: de korting voor het gebruik van recyclaat is verhoogd, en de maximale korting per kilogram is uitgebreid. 
  • Op termijn (rond 2030) moet de tariefdifferentiatiemethodiek geharmoniseerd worden volgens de Europese PPWR-normen. 
Welke criteria bepalen of een verpakking in aanmerking komt voor een korting?

Enkele van de belangrijkste criteria zijn:

  • Recyclability / goed recycleerbaar volgens de KIDV Recyclecheck: de verpakking moet voldoen aan de gestelde eisen wat betreft materiaal, etiketten, bedrukking, etc. 

  • Inzet van post-consumer recyclaat (PCR): er gelden minimumniveaus (bijv. ≥ 10 % voor contactgevoelig materiaal, ≥ 20 % voor niet-contactgevoelig) om in aanmerking te komen voor korting. 

  • Materiaalkeuze, kleur en zuiverheid: bijvoorbeeld monomaterialen, gebruik van kleurloos of wit plastic, vermijden van mengmaterialen. 

  • Etikettering, sleeves, in-mould labels, directe bedrukking: deze mogen het recyclingproces niet hinderen of moeten verwijderbaar zijn volgens specificaties. 

  • De weggooi-eenheid vs. de totale verpakking: de beoordeling vindt plaats per weggooi-eenheid (bijv. fles + dop) in de vorm zoals deze in de afvalstroom belandt. 
Hoe hoog kan de korting zijn? Wat is de maximale besparing?
  • In de 2025-regeling is de korting voor inzet van recyclaat € 0,20 per kilogram (voor de basiscriterium) geworden, terwijl in eerdere jaren dit € 0,10 per kg was. 

  • Naast de basiskorting kunnen aanvullende kortingen worden verkregen voor extra criteria (kleur, etikettering, materiaal etc.). Zo kan de totale korting oplopen tot maximaal € 0,60 per kg

  • Voor bepaalde verpakkingen (bijv. statiegeldverpakkingen of verpakkingen die al onder andere kortingen vallen) geldt dat tariefdifferentiatie niet van toepassing is. 
Hoe vraag ik tariefdifferentiatie aan, en welke bewijsstukken zijn nodig?

 

  • De aanvraag van tariefdifferentiatie gebeurt via PackTool (het online aangifte-/registratiesysteem van Verpact). 

  • Bij de aanvraag moet je vaak onder andere leveren: de verwachte gewichten van weggooi-eenheden, specificaties en foto’s van verpakkingen, ingevulde recyclecheck-gegevens, en bewijs dat de verpakking voldoet aan de technische criteria (bijv. verwijderbaarheid van etiketten). 

  • De aanvraag voor het gereduceerde tarief moet vóór het einde van het jaar gedaan worden waarover je aangifte doet (zodat het tarief kan worden toegepast op de bijdrage voor het komende jaar). 

  • Voor sommige verpakkingen moet een “specificatieformulier tariefdifferentiatie kunststof” worden ingediend. 
Welke verpakkingen zijn uitgesloten van tariefdifferentiatie?
  • Verpakkingen waarop al andere kortingen van toepassing zijn (bijv. statiegeldverpakkingen) kunnen zijn uitgesloten van de tariefdifferentiatieregeling. 

  • Sommige componenten of verpakkingen die niet minstens voor 50 % uit plastic bestaan (in gewicht) komen mogelijk niet in aanmerking. 

  • Verpakkingen die niet voldoen aan de technische criteria (zoals etikettering die niet afwasbaar is, te complexe samenstellingen) kunnen uitgesloten zijn. 
Hoe wordt de korting berekend in verhouding tot het toegepaste recyclaat?
  • De korting wordt gebaseerd op het gewicht van de weggooi-eenheid (de verpakking zoals het in de afvalstroom belandt), vermenigvuldigd met de kortingsbedragen (basis + aanvullende) die van toepassing zijn op de gebruikte criteria. 

  • Echter: de huidige systematiek kent een “stap-korting” — een producent krijgt dezelfde korting ongeacht of hij net de minimumeis behaalt of veel hoger zit. Daardoor ontbreekt een proportionele prikkel voor extra inzet van recyclaat boven het minimum. 

  • In het rapport van CE Delft wordt voorgesteld om de korting lineair te laten toenemen met het recyclaatpercentage (dus elke extra procent meer recyclaat levert meer korting). 
Wat zijn de ervaringen / kritiekpunten uit de praktijk?
  • Uit praktijkinterviews blijkt dat slechts een deel van de producenten tariefdifferentiatie aanvroeg (in 2024 circa 38 % van de plastic verpakkingen).

  • De korting is volgens sommige bedrijven onvoldoende prikkel om boven het minimumpercentage recyclaat uit te gaan. 

  • Sommige bedrijven geven aan dat interne afdelingen (bijv. inkoop) niet goed op de hoogte zijn van de regeling, waardoor de voordelen niet worden benut. 

  • De administratieve lasten en de noodzaak van verpakkingsspecificaties, documentatie en bewijsvoering worden genoemd als obstakels. 

  • Er is een uitdaging in de afstemming tussen de huidige regeling en toekomstige Europese eisen (zoals PPWR), wat onzekerheid creëert voor producenten.
Hoe verhoudt tariefdifferentiatie zich tot de Europese PPWR (Packaging & Packaging Waste Regulation)?
  • De PPWR stelt dat tariefdifferentiatie in alle lidstaten geharmoniseerd moet worden, gebaseerd op “Recycling Performance Grades” (RPG). Verpact geeft aan dat de huidige nationale tariefdifferentiatie uiterlijk in 2030 zal worden vervangen door een gestandaardiseerde EU-methodiek. 

  • Sommige aspecten van de huidige regeling (criteriadifferentiatie, minimumeisen, administratie) zijn al geïnspireerd op toekomstige PPWR-vereisten. 

  • Producenten moeten zowel aan de nationale regeling (via Verpact) als aan toekomstige PPWR-verplichtingen voldoen, wat betekent dat vroegtijdige aanpassing aan strengere criteria nuttig is. 
Hoe kan een onderneming zich optimaal voorbereiden / garanderen dat zij de korting kunnen benutten?
  • Zorg dat je verpakkings-administratie op orde is: gewichten, samenstelling, weggooi-eenheden, specificaties. 

  • Laat verpakkingen toetsen via de KIDV Recyclecheck en houd de uitkomsten bij. 

  • Onderhandel met je leveranciers over garanties voor het percentage recyclaat, zuiverheid, verwijderbaarheid van etiketten etc. 

  • Maak bewust ontwerppatronen: minimaliseer mengmaterialen, kies monomaterialen, vermijd overbodige bedrukking, etiketten, “problematische” componenten. 

  • Dien tijdig de aanvraag via PackTool in, vóór het einde van het jaar, met alle vereiste bewijsstukken. 

  • Volg ontwikkelingen op Europees niveau (PPWR) en Verpact-publicaties, zodat je veranderingen niet mist.